“Een lijn is een punt die aan de wandel gaat.”
Ik had me nooit gerealiseerd dat lijnen zoveel eigenschappen hebben, totdat ik kennismaakte met de kunsttheorie van Paul Klee. Ik selecteer hier enkele eigenschappen die hij geeft aan lijnen: herhaling, ritme, convergentie en divergentie.
En nu wordt het concreter.
Kijk bijvoorbeeld eens naar de maand november van de A4-kunstkalender (zie tweede foto). Daar zie je drie keer hetzelfde lijnenspel: herhaling en ritme. Wat stelt dit voor? Je mag erin zien wat je wilt, maar dit is een mens met een hond.
Een mens met een hond?!
Van bovenaf gezien. Dan is de meest rechte lijn een mens die wandelt. En de kronkelige lijn is een hond die rondsnuffelt. Ze komen steeds samen. En gaan weer uiteen. Convergentie en divergentie.
En tot slot: door de vakken die ontstaan in te kleuren, krijg je ook herhaling en ritme in de vormen.
Het citaat is van Paul Klee. Hij was beeldend kunstenaar en docent aan de beroemde Bauhaus Academie in Weimar. Hij leefde van 1879 tot 1940.
